Meer tussen hemel en aarde (42) – Nergens aan doen

“Mijn kinderen doen nergens meer aan” – dat hoor ik ouders soms zeggen over hun volwassen kinderen. Nergens aan doen, denk ik dan, hoe doe je dat?

Als kerkmensen die uitdrukking gebruiken, bedoelen ze dat hun kinderen niet meer naar de kerk gaan. Misschien ook geen tafelgebed meer uitspreken bij het eten. Ze hebben de gewoonten en rituelen van de kerkelijke traditie losgelaten. Vaak wordt er direct achteraan gezegd: “Maar het zijn geweldige mensen, ze staan altijd voor je klaar.” Waarop ik dan zeg: o, dus ze doen wél ergens aan. Als ze het goede doen, wat wil je dan nog meer?

Natuurlijk weet ik op die laatste vraag het antwoord wel: je wilt dat ze in God geloven, of liever, dat ze hun geloof vormgeven op de manier waarop we dat altijd hebben gedaan. Dat ze voortzetten wat wij ze altijd hebben willen meegeven: naar de kerk gaan, bidden, in de Bijbel lezen. Maar je wilt niet dat ze dat alleen maar doen om jou een plezier te doen.

Deze weken lezen we in De Ark uit het Bijbelboek Ester. Dat gaat over een joods weesmeisje dat via een soort schoonheidswedstrijd koningin van het Perzische rijk wordt. Een soort bijbelse Assepoester. In joodse kringen wordt dit boek gelezen op het Poerimfeest, straks in maart, het joodse carnaval. Tweeduizend jaar geleden is het nog wel een kwestie geweest of dit geschrift wel bij de heilige boeken hoorde. Want God wordt er niet in genoemd, en religieus geloof speelt er geen rol in.

Aerts van Gelder (1685): Esther en Mordechai

Dus vandaag zal ik in de preek zeggen dat Ester nergens aan deed. Nergens in het lange verhaal lees ik dat ze een gebed doet. Ze laat zich tijdens de wekenlange schoonheidsbehandeling in het paleis allerlei voedsel voorzetten en zal later ook telkens met de koning eten – en niets wijst erop dat ze een punt maakt van kosjer eten. Het verhaal bestrijkt jaren, maar nergens komt een sjabbat voor of een religieus feest, de synagoge komt niet in beeld. Kortom: ze doet nergens aan. Maar ze doet wel het goede, ook als daar moed voor nodig is.

Wat ik vooral mooi vind aan Ester, is dat ze nergens op uit is. Ze wil helemaal niet per se koningin worden. Ze doet aan de beauty contest mee omdat haar oom en opvoeder dat van haar vraagt. Ze laat de dingen komen zoals ze komen zonder daar zelf dwingend in te zijn. Misschien moeten mensen die wél ‘ergens aan doen’, kerkmensen, dat leren van Ester die nergens aan doet: minder dwingend zijn, meer open voor wat er op je pad komt. Als het uur der waarheid komt, staat Ester haar mannetje en redt zij haar volk van de ondergang. Ze gebruikt haar invloed maar ze grijpt niet de macht. Ze doet kleine dingen die heel groot zijn: met een weldadige eenvoud, moed en oprechtheid pleit ze bij de koning om recht. Niet meer, niet minder.

Ester ‘doet nergens aan’ en God komt in haar verhaal niet voor. Maar je kunt ook zeggen: als God érgens aan het licht komt, dan is het in een mens als Ester. En misschien ook wel in jouw kinderen die nergens meer aan doen.

20 januari 2019, Piet van Veldhuizen



Gerelateerd:


 

Nieuwsbrief Ark op koers



  • Snel contact:

    06 - 383 041 09


    E-mail: ds@dearkonline.nl

  •  
  • Kerkdiensten:

    Elke zondag 10:00 uur


    Adres: Olijfgaarde 12 Hendrik Ido Ambacht

  •  
  • Collectebonnen:

    Bestel collectebonnen

  •  
  • Volg De Ark op:

     


  •